Mijn column in Allergie & Voeding nummer 3, oktober 2015

Als ouder probeer je je kind met voedselallergie zo ‘normaal’ mogelijk te laten opgroeien. Dat betekent zoveel mogelijk aanpassen met het gezin, altijd zorgen voor alternatieven op het gebied van voedsel en vooral ook proberen te blijven inschatten waarbij een kind zich prettig voelt. En dat kan op driejarige leeftijd weleens heel anders zijn dan halverwege de basisschoolperiode. Niets is zo veranderlijk als de mens, en ook als het om kinderen gaat, is het nu eenmaal zo dat wat ze de ene dag nog beoordelen als ‘goed voor mij’ zomaar kan veranderen in ‘niet goed voor mij’ of ‘hier word ik niet blij van’. Jouw suggestie voor een alternatief, bijvoorbeeld een paashaas van chocolade zonder melk, noten en ei – waarop je erg trots bent omdat je deze na lang zoeken hebt veroverd – kan weleens totaal afwijken van de behoefte van je kind. Of je kind vindt de traktatie simpelweg niet lekker… Je moet je als ouder dus steeds afvragen of je alternatieve koekjes, traktaties, ontbijtmanden, paaslunch of andere zelf meegebrachte heerlijkheden nog steeds voldoen aan de norm ‘goed genoeg voor mij’, zo is mij onlangs weer erg duidelijk geworden. Ontbijt mee In de lente waren er veel festiviteiten op de school van onze dochter Tess (9), bijvoorbeeld de Koningsspelen en daaraan voorafgaand een ontbijt met de hele school in de gymzaal. Het ontbijt werd geleverd door Jumbo en bevatte: beschuit, brood, melk, appels en beleg zoals jam, smeerkaas en hagelslag. Gelukkig waren de cupjes met pindakaas en hazelnootpasta van tafel gehouden, zodat dit beleg in ieder geval niet voor allergische reacties zou zorgen. Ook niet bij andere kinderen met een pinda- of notenallergie. Toch moest Tess haar eigen ontbijt meenemen, omdat ze het brood, de boter en het beleg niet kon eten. Nu is ze dit gewend; ook met een paaslunch twee weken eerder nam ze haar eigen broodjes mee. Maar waar ik een jaar geleden nog aandachtig een mandje of doosje vulde met allerlei lekkers en dit ook nog versierde in het thema van die dag, benadrukte Tess dit keer dat ik er vooral niet teveel werk van moest maken. Gewoon twee broodjes smeren en die in haar broodtrommel stoppen. Geen extra servetten, oranje lintje of een paasbloemetje; vooral ‘niet opvallen’ was haar thema. Gek genoeg vergat ik haar te vragen naar de reden. Ik dacht nog wel ‘oh, jammer’, omdat het altijd leuk is om iets speciaals te verzorgen. Het leek wel alsof zij mijn gedachten kon raden… Wat heb jij bij je? Haar antwoord volgde niet veel later vanzelf. Andere kinderen reageren blijkbaar tijdens dit soort feestdagen toch wat gek op haar afwijkende tasjes of broodtrommels met versieringen. Zo vragen ze regelmatig: ‘Wat heb jij nu allemaal bij je?’ of ‘Wat heb jij veel meegenomen, zeg!’ Niet verkeerd bedoeld waarschijnlijk, maar Tess vat opmerkingen van andere kinderen nu wel zo op. Het blijft een lastig thema, en het is wikken en wegen wat je als ouder in zo’n situatie het beste kunt doen. En ieder kind reageert nu eenmaal anders. Had ik haar misschien moeten uitleggen dat het niet erg is om anders te zijn dan de rest? Sterker nog, dat het juist ook haar kracht kan zijn? En dat zij ook best mag genieten van een feestelijk ontbijt met haar eigen lekkernijen, ook al ziet dat er anders uit dan de maaltijden van de omstanders? Ik had haar kunnen zeggen: ‘Als ze lachen om jou omdat je anders bent, kun jij naar hen lachen omdat ze allemaal hetzelfde zijn.’ Maar nee, zo reageerde ik niet. Ik kon mezelf eigenlijk heel goed in haar gedachten verplaatsen. Want oh, wat wil je graag als kind met voedselallergie soms hetzelfde zijn als alle andere kinderen en gewoon kunnen aanschuiven aan tafel zonder te moeten opletten of je eigen tasje te moeten openen. En dus smeerde ik gewoon twee broodjes met jam en worst en pakte haar broodtrommel zorgvuldig in. Wat heerlijk! Een maand later was de laatste hockeytraining van het seizoen, gevolgd door het eten van pannenkoeken in het clubhuis met alle teams. Voor Tess bracht ik een bord macaroni mee: haar favoriete eten. Nadat alle teams hadden plaatsgenomen aan de grote tafels en Tess zich realiseerde dat iedereen pannenkoeken at behalve zij, keek ze wat bedrukt om zich heen. ‘Nu ben ik echt de enige die iets anders eet dan alle andere vijftig mensen.’ Gelukkig gaf een teamgenoot naast haar direct antwoord: ‘Ooohh, wat heerlijk die macaroni, ik houd helemaal niet van pannenkoeken…’ Eet smakelijk!